|
|
|
|
|
12 oktober - dag 285
Ik heb het voorrecht gehad om pastoor Nadarkhani te ontmoeten en te interviewen. Youcef Nadarkhani leerde Jezus kennen toen hij negentien was. Hij volgde de opleiding tot priester, werd ingewijd en werd voorganger van een kerk in Iran. In 2010 - hij was toen 32, getrouwd en had twee jonge kinderen - werd hij gearresteerd en ter dood veroordeeld voor afvalligheid, omdat hij zich had bekeerd van de islam tot het christendom. Gelukkig werd het vonnis twee jaar later, onder aanhoudende druk van de internationale gemeenschap, nietig verklaard. Tijdens de rechtszitting weigerde pastoor Nadarkhani om zijn geloof te verloochenen, ondanks de dreigende doodstraf. Hij zei tegen de rechter: “Ik ben vastberaden in mijn geloof en het christendom en voel geen behoefte om terug te komen van mijn bekering.” De
toenmalige Britse minister van Buitenlandse zaken prees zijn moed. In een Britse krant werd hij 'een inspirerende, moedige christen' genoemd. Pastoor Nadarkhani wordt nog steeds vervolgd om zijn geloof, net als vele andere christenen wereldwijd. Jezus geeft ons een voorbeeld van echte menselijkheid. Durf anders te zijn, durf te doen zoals Hij. Doe niet wat de wereld zegt dat je moet nastreven, maar volg God en ga steeds meer lijken op Christus.
|
|
|
|
|
1. Wees een 'vreemdeling' op aarde
Heb je wel eens het gevoel dat je geen aansluiting hebt bij de mensen op je werk of bij jou in de buurt? Lijken jouw normen en waarden en levensstijl anders te zijn dan die van andere mensen? Heb je soms te maken met 'spot' en 'verachting' (v.22)?
De psalmdichter zegt: 'Ik ben een vreemdeling op aarde' (v.19a). Alle grote mannen en vrouwen in het Oude Testament waren 'vreemdelingen op aarde' (Hebreeën 11:13, BGT). Petrus schrijft: '... zolang jullie als vreemdelingen
op aarde wonen' (1 Petrus 1:17, BGT). Net als de psalmdichter worden wij, als dienaren van God, geroepen om anders te zijn dan de mensen om ons heen.
In tegenstelling tot de mensen om hem heen schrijft de psalmdichter: 'Alles in mij verlangt voortdurend naar Uw voorschriften' (Psalm 119:20, HB). Terwijl hij in de Schriften leest, bidt hij: 'Open mijn ogen, zodat ik alle wonderen in Uw wet kan ontdekken' (v.18, HB). Dit is een heel goed gebed voor tijdens het Bijbellezen. We begrijpen alleen wat de Geest ons laat zien.
Sommige mensen rondom de psalmdichter spannen tegen hem samen (v.23a). Maar Gods richtlijnen geven hem goede raad (v.24). Hij schrijft: '... ook al willen machtige mensen mij kwaad doen. Ik ben blij met uw woorden, want daardoor weet ik hoe ik moet leven' (v.23b-24, BGT).
Heer, geef me de moed om als een vreemdeling op aarde te wonen. Help me om met alles wat in mij is te verlangen naar uw woord en om na te denken over wat U zegt. Open mijn ogen, zodat ik alle wonderen in uw woord kan ontdekken.
|
|
|
|
2. Leef anders
Bij de oproep om anders te zijn dan de wereld om ons heen krijgen we praktische aanwijzingen. Paulus schrijft: '... dus laten we niet slapen, zoals anderen, maar waken en op onze hoede zijn' (v.6). Durf anders te zijn. Paulus gebruikt vier metaforen om het verschil te beschrijven:
- Licht, geen duisternis
De wereld om ons heen leeft in duisternis (v.4). Je moet niet wegvluchten van de duisternis, maar er je licht laten schijnen. '... want u bent allen kinderen van het licht' (v.5a). Duisternis staat voor onwetendheid en zonde. Ook jij leefde in duisternis, maar Jezus heeft zijn licht in jouw leven laten schijnen. Jij bent een kind van het licht. Als je een kind van iets bent, bepaalt dat wat je bent. Als christenen 'kinderen van het licht' worden genoemd, betekent dit dat 'licht' jouw de onderscheidende eigenschap.
- Dag, geen nacht
'... want u bent allen kinderen van (...) de dag. Wij behoren niet toe aan de nacht en de duisternis' (v.5). Net als de tegenstelling tussen licht en duisternis, verwijst dit beeld van dag en nacht ook naar 'de dag van de Heer' (v.2). Wij zijn kinderen van de dag van de Heer en dat betekent dat we de dag van de Heer verwachten en dat we deel zullen hebben aan de overwinning op die grote dag dat Jezus terugkomt.
- Wakker, niet slapend
Paulus schrijft: '... dus laten we niet slapen, zoals anderen (...) , Wie slaapt, slaapt 's nachts' (vv.6-7). Hij vervolgt: '... wij, hetzij wij wakker zijn, hetzij wij slapen, [zullen] gelijkelijk met hem leven' (v.10, NB). Jezus is nu bij je. Jezus Zelf gebruikte hetzelfde beeld van wakker zijn en waakzaamheid (Matteüs 24:42; 25:13). Je moet zorgen dat je niet geestelijk in slaap sukkelt. Wees voorbereid op de komst van de Heer, wakker en
waakzaam.
- Nuchter, niet dronken
Paulus schrijft: 'laten wij (...) nuchter zijn' (1 Tessalonicenzen 5:8, HSV). Dit woord betekent letterlijk 'niet dronken van wijn'. Net als de andere metaforen gaat dit over een lichamelijke staat en een geestelijke realiteit. Dronkenschap is het gevolg van een gebrek aan zelfbeheersing en toegeven aan de behoefte om de werkelijkheid te ontvluchten. Streef naar zelfbeheersing op elk vlak van je leven. Trek de wapenrusting aan van geloof, liefde en
hoop (v.8).
Jouw manier van leven moet heel anders zijn dan die van de mensen om je heen. Je moet je leidinggevenden respecteren: 'Vrienden, luister naar jullie leiders, ook als zij vertellen wat je fout doet. De Heer Jezus wil dat ze dat doen. Ze doen hun werk voor jullie. Daarom moeten jullie hen met veel respect en liefde behandelen' (vv.12-13, BGT).
Je wordt opgeroepen om respect te hebben (v.13). Behandel mensen altijd met respect. Wees altijd vredelievend (v.13). 'Vrienden, ik wil dat jullie gewoon je dagelijkse werk blijven doen. Als iemand dat niet doet, zeg er dan iets van. Als mensen het moeilijk hebben, spreek hun dan moed in. Steun de zwakken, en heb geduld met iedereen' (v.14, BGT). Als je het beste in andere mensen naar boven wilt halen, moet je
het beste in mensen ook zien.
Wees vriendelijk tegen iedereen. Vriendelijkheid moet een van je kenmerkende eigenschappen zijn: '... wees altijd goed voor elkaar en voor anderen' (v.15, HB). Zelfs een klein vriendelijk gebaar kan de wereld om je heen al veranderen.
Jij bent een inwoner van een andere wereld. Je moet een nieuwe taal leren. Paulus beschrijft hier eigenlijk de grammatica van een nieuwe taal: '... wees goed voor elkaar en voor iedereen. En wees altijd blij! Blijf altijd bidden. En dank God altijd, wat er ook gebeurt' (vv.15b-18, BGT). Gebed zou even gewoon moeten zijn als ademhalen, iets wat je constant en vaak onbewust doet. Klaag niet, maar 'dank God altijd, wat er ook gebeurt'. Geef uiting aan je dankbaarheid naar God en andere mensen, in kleine en grote gebaren.
'Doof de Geest niet uit en veracht de profetieën niet die hij u ingeeft. Onderzoek alles, behoud het goede en vermijd elk kwaad, in welke vorm het zich ook voordoet'
(vv.19-22).
Dit lijkt misschien een onmogelijke opdracht. Maar je staat er niet alleen voor. Paulus bidt: 'Ik bid dat de God van de vrede jullie hele leven heilig maakt' (v.23, BGT). Hij besluit met woorden van hoop en hulp: 'Hij die u roept is trouw en doet zijn belofte gestand' (v.24).
Heer, help me om anders te durven zijn. Heer, dank U dat U voor mij bent gestorven opdat ik bij U en met U mag leven (v.10). Help me om elk kwaad te vermijden (v.22) en een leven vol liefde, vriendelijkheid, vreugde en vrede te leiden.
|
|
|
|
|
3. Praat anders
Mensen willen niet altijd horen wat God te zeggen heeft. Het vraagt moed om Gods woorden te spreken in een samenleving met eigen opvattingen die mogelijk heel anders zijn dan die van God.
Jeremia had veel moed nodig om zijn taak te volbrengen. Hij moest anders durven te zijn dan de andere profeten. Alle andere profeten verkondigden vrede, maar Jeremia wist dat de ballingschap eraan kwam. Hij waarschuwde de mensen voor het komende onheil.
God zei tegen hem: 'Zeg hun alles wat ik je opdraag en laat niets achterwege. Misschien zullen ze luisteren en met hun kwalijke praktijken breken' (26:2b-3a).
Helaas: 'Nadat hij
tegen hen gezegd had wat de HEER hem had opgedragen, grepen ze hem vast. 'Sterven moet jij!' riepen ze' (v.8).
Ook nu toonde Jeremia grote moed in zijn reactie. Hij zei: 'Verander (...) je gedrag! Ga leven als goede mensen. En luister naar de Heer, jullie God. Dan zal hij zijn besluit veranderen. Dan zal de straf waarover ik gesproken heb, niet komen (...) Maar bedenk goed dat ik onschuldig ben. (...) Want de Heer heeft mij gestuurd. Dat is de waarheid. Hij wil dat ik al deze dingen tegen jullie zeg' (vv.13-15, BGT).
Jeremia ontkwam aan de doodstraf (net als Youcef Nadarkhani), maar hij was bereid geweest zijn leven te geven om trouw te blijven aan God. Hopelijk komen wij nooit in deze situatie, maar de wereld om ons heen heeft vaak een hekel aan ons omdat we anders zijn. Deze weerstand hoeft je niet te verbazen en je hoeft er niet bang van te worden. Jezus heeft tegen zijn leerlingen gezegd: 'Jullie zullen het zwaar te verduren krijgen in de wereld,
maar houd moed: ik heb de wereld overwonnen' (Johannes 16:33).
Heer, dank U voor de voorbeelden van pastor Nadarkhani, Jeremia, Paulus en bovenal Jezus Zelf. Deze mannen waren bereid om anders te zijn dan de wereld om hen heen en wilden zelfs hun leven hiervoor geven. Geef me de moed om anders te durven zijn en om te zeggen wat U wilt dat ik zeg.
|
|
|
|
Pippa's bijdrage
'... onze Heer, Jezus Christus, die voor ons gestorven is opdat wij, hetzij wij wakker zijn, hetzij wij slapen, gelijkelijk met hem zullen leven.'
Ik vind het zo'n troost om te weten dat we altijd met Jezus zullen leven. Er is continuïteit tussen dit leven en het volgende. Het leven op aarde zoals wij dat kennen, komt ooit tot een einde, maar het leven met Christus duurt tot in eeuwigheid.
|
|
|
Vers van de dag 1 Tessalonicenzen 5:16-18 'Wees altijd verheugd, bid onophoudelijk, dank God onder alle omstandigheden...'
|
|
|
|
|
|
|
Copyright © 2022, Alpha Nederland, All rights reserved.
|
|
|
|
Afzender: Alpha Nederland - BiOY@alphanederland.org Alpha Nederland, Regulierenring 16, 3981 LB Bunnik, Nederland Je ontvangt dagelijks deze mail met een vertaling van Bible in One Year 2017.
|
|
|
|
|