Share
Je dagelijkse mail van De Bijbel met Nicky en Pippa Gumbel

Vertrouw op de Heer

9 juli - dag 190

Een van de grootste struikelblokken voor het geloof is het lijden van de onschuldigen. Dit is vaak een van de eerste vragen tijdens de groepsgesprekken bij Alpha: 'Als er een God is die van ons houdt, waarom is er dan zoveel ellende in de wereld?' Waarom is er zoveel onrecht en onderdrukking?

Dit zijn heel belangrijke en noodzakelijke vragen, waarop geen eenvoudige antwoorden te geven zijn. Maar God kan ons tegemoetkomen in alle ellende en strijd. Opmerkelijk genoeg hebben mensen die in hun leven veel voor hun kiezen hebben gehad juist het sterkste geloof. Zij vertellen dat ze Gods aanwezigheid hebben ervaren die hun kracht en troost gaf in hun pijn. Betsie ten Boom zei tegen haar zus Corrie toen ze op sterven lag in het concentratiekamp Ravensbrück: “We moeten ze vertellen dat er geen enkele put zo diep is waarin God niet nog dieper is. Naar ons zullen ze luisteren Corrie, want wij hebben in die put gezeten.”

Geloven betekent vertrouwen op de Heer. Het volk van God in de Bijbel leefde in een wereld vol ellende. Toch vertrouwden ze op de Heer, ondanks alle leed om hen heen.

 
Vertrouw op de Heer te midden van onrecht en onderdrukking

Hoe moeten we reageren op alle onrecht in de wereld? De psalmdichter vertrouwt erop dat God uiteindelijk orde op zaken zal stellen: 'U bent heer en meester over alle volken' (v.8b, WV).

Het is zo'n zegen om te leven in een land met een goed rechtssysteem. Het is verschrikkelijk om te wonen in een land met corrupte en incompetente rechters. Maar uiteindelijk zal God hen allemaal ter verantwoording roepen.

'God staat te midden van de bijeenkomst van de machtigen. Hij treedt als rechter op voor hen die zich goden noemen' (v.1, HB). Vertrouw erop dat God de leiding heeft en dat Hij alles in de hand heeft.

'Als alle goden bij elkaar zijn, spreekt God recht, en hij zegt: 'Jullie zijn oneerlijke rechters, jullie straffen slechte mensen niet! Hoe lang blijft dat nog zo?'' (vv.1-2, BGT). Maar als we geloven dat God de leiding heeft, betekent dat niet dat we zelf rustig achterover kunnen gaan zitten afwachten. De psalmdichter wil niets liever dan dat alles anders wordt.

We moeten niet alleen vertrouwen op God; we hebben ook de plicht om alles te doen wat we kunnen om ervoor te zorgen dat het recht zegeviert. We moeten opkomen voor de armen: 'Doe recht aan de geringe en de wees, bewijs de ellendige en de arme gerechtigheid.
Bevrijd de geringe en de arme, ontruk hem aan de hand van de goddelozen' (vv.3-4).

Er komt een tijd dat er orde op zaken wordt gesteld, dat alle onrecht zal worden uitgeroeid en corrupte regeringen omvergeworpen zullen worden. Hij bidt: 'Sta op, o God, oordeel de aarde' (v.8a).

Terwijl ook wij hopen op Gods laatste oordeel, lopen we op die gerechtigheid vooruit door nu op te komen voor de armen en onderdrukten. Ook wij zouden de machthebbers moeten vragen: “Hoelang zult u onrechtvaardig oordelen en de goddelozen bevoordelen?” (v.2).
Heer, dank U dat er eens gerechtigheid zal zijn voor iedereen. U zult uiteindelijk orde op zaken stellen. Wilt U mij tot die tijd helpen om op te komen voor de armen en onderdrukten in deze wereld.
Vertrouw op de Heer te midden van rampspoed en onrust

Als alles in je leven verkeerd lijkt te gaan, heb je dan soms de neiging om in paniek te raken? Ik in ieder geval wel. Als alles in ons leven op rolletjes loopt, is het relatief eenvoudig om te vertrouwen op de Heer. Maar soms wordt ons geloof danig op de proef gesteld. Een van de manieren waarop Paulus op de proef werd gesteld, was dat hij schipbreuk leed, zelfs drie keer (2 Korinthe 11:23b-25).

In het gedeelte voor vandaag lezen we over een van die keren. In eerste instantie leek het alsof Paulus ongelijk had gehad toen hij rampspoed had voorspeld. Er was geen wolkje aan de lucht en het was uitgelezen weer voor de reis (Handelingen 27:13). Maar toen stak er een storm op (v.14). Dat moet enorm angstaanjagend zijn geweest. Lukas schrijft dat hun ‘verder alle hoop op redding [werd] ontnomen’ (v.20).

Maar Paulus bleef vertrouwen op de Heer en zei tegen iedereen op het schip dat ze ‘goede moed’ moesten hebben, 'want ik geloof God, dat het zo zal zijn als het mij gezegd is' (v.25).

Pas tijdens deze rampspoed luisterden ze eindelijk naar Paulus. Verbazingwekkend genoeg lijkt Paulus, de gevangene, de leiding te hebben. Hij zegt tegen hen: 'U had naar mij moeten luisteren' (v.21). Hij is degene die de opvarenden ervan weerhoudt het schip te verlaten (v.31).

Dit is een geweldig voorbeeld van leiderschap zonder machtspositie. De beste leiders geven leiding door hun invloed en overtuigingskracht, in welke situatie dan ook.

De onrust gaf Paulus de gelegenheid om te praten over zijn geloof. Hij grijpt deze kans aan, hoewel hij enorme honger moet hebben gehad en ook last moet hebben gehad van de storm.

Paulus vond dat hij aan God toebehoorde ('God van Wie ik ben') en zag zichzelf als zijn dienaar ('Die ik ook dien') (v.23). Maar God was niet alleen zijn heer en meester; Paulus vertrouwde op God en wist dat Hij van hem hield. Hij wist dat God het beste met hem voor had, net zoals Hij dat vandaag met jou heeft.

Paulus stelde hen gerust: 'bij niemand van u zal een haar van het hoofd vallen' (v.34). 'En toen hij dit gezegd had en brood genomen had, dankte hij God in aanwezigheid van allen, en na het gebroken te hebben begon hij te eten' (v.35).

Ondanks de rampspoed had God alles in de hand: 'Het voornemen van de soldaten was de gevangenen te doden, opdat niemand door weg te zwemmen zou ontsnappen. Maar de hoofdman, die Paulus wilde behouden, belette hun dat voornemen' (vv.42-43a).

God schonk Paulus gunst in de ogen van mensen en in Gods eigen ogen. Dat was de reden ‘dat zij allen behouden aan land kwamen’ (v.44).

Niets kon God ervan weerhouden om Paulus te redden en hem te gebruiken om zijn doel te bereiken en levens te redden.

Heer, dank U dat U mij kunt beschermen zelfs tegen rampen. Help me om niet bang te zijn als de dingen misgaan, maar om moed te houden en te vertrouwen op U.
Vertrouw op de Heer te midden van kwaad en nood

Het is zo'n verademing om, uiteindelijk, te lezen over Hizkia die zijn vertrouwen stelde in de Heer, de God van Israël (18:5). Hij 'vertrouwde op de Heer, de God van Israël (...) En de Heer hielp hem' (vv.5-7, BGT).

Toen Hizkia koning werd, ruimde hij eerst alles uit de weg wat het volk verhinderde om God te gehoorzamen (vv.1-4). Misschien zijn er in jouw leven ook dingen die je belemmeren om God te gehoorzamen. Ze lijken misschien van levensbelang, maar niets is belangrijker dan gehoorzaam zijn aan God. God wil ons helpen om Hem te gehoorzamen. Als je het Hem vraagt, zal Hij je helpen, net als Hij Hizkia hielp. 'De HEER stond hem bij, zodat Hizkia alles wat hij ondernam tot een goed einde bracht' (v.7, NBV).

In 701 v. Chr. stond Hizkia tegenover een machtige vijand, de koning van Assyrië, die hem bespotte en belachelijk maakte. Dit is geen verzonnen verhaal; deze historische feiten worden niet alleen vermeld in de Bijbel maar ook in andere oude geschriften. Sanherib schrijft over deze gebeurtenissen: 'Wat Hizkia, de Jood, betreft, hij onderwierp zich niet aan mij.' In zijn arrogantie schrijft hij dat Hizkia wordt overweldigd door 'de luister van mijn heerschappij die schrik aanjaagt'. 

Sanherib bespot Hizkia om zijn vertrouwen in de Heer (vv.20,22). 'Laat Hizkia u ook niet doen vertrouwen op de HEERE (…) Luister niet naar Hizkia, want hij misleidt u door te zeggen: De HEERE zal ons redden' (vv.30-32).

Op de een of andere manier moet Hizkia het respect van het volk hebben gewonnen, want zij volgden zijn instructies: 'Maar het volk zweeg en antwoordde hem met geen woord, want het gebod van de koning was dit: U mag hem niet antwoorden' (v.36).

Terwijl hij tegenover deze machtige vijand stond, bad Hizkia. 'Zodra koning Hizkia dat hoorde, gebeurde het dat hij zijn kleren scheurde, zich in een rouwgewaad hulde en het huis van de HEERE binnenging' (2 Koningen 19:1). Een afvaardiging ging naar de profeet Jesaja en zei tegen hem: 'Dit zegt Hizkia: Deze dag is een dag van benauwdheid, bestraffing en belediging (…) Wilt u dan een gebed opzenden voor het overblijfsel dat er nog te vinden is?' (vv.3-4).

Jesaja antwoordde: 'Zo zegt de HEERE: Wees niet bevreesd voor de woorden die u gehoord hebt, de woorden waarmee de knechten van de koning van Assyrië Mij gelasterd hebben' (v.6). Hizkia vertrouwde niet alleen zelf op de Heer, maar hij overtuigde ook het volk om hun vertrouwen op de Heer te stellen.

In de loop van de jaren heb ik naast dit gedeelte de uitdagingen opgeschreven waarvoor we ons gesteld zagen. Als ik deze lijst teruglees, sta ik versteld van de manier waarop God ons van zoveel verschillende dingen heeft verlost.

Schrijf vandaag alle uitdagingen in je leven op, stel je vertrouwen op God en geloof dat Hij je zal bijstaan en je zal laten slagen in wat Hij je vraagt om te doen.

Heer, dank U dat ik altijd op U kan vertrouwen, onder alle omstandigheden. Vandaag leg ik alle uitdagingen in mijn leven voor U neer en stel mijn vertrouwen op U.
Pippa's bijdrage

Vertrouw op God als alles tegen lijkt te zitten:

2 Koningen 18
Handelingen 27:33-34

God kan in de meest onmogelijke situaties uitkomst bieden.

Vers voor vandaag
2 Koningen 18:5 en 7, NBV

'Hizkia stelde zijn vertrouwen in de HEER (...) De HEER stond hem bij, zodat Hizkia alles wat hij ondernam tot een goed einde bracht.'
 
Facebook
 
Twitter
 
Linkedin
 
Email
Copyright © 2024, Alpha Nederland, All rights reserved.
Afzender: Alpha Nederland - BiOY@alphanederland.org
Alpha Nederland, Hoofdstraat 51A, 3971 KB Driebergen-Rijsenburg, Nederland

Je ontvangt dagelijks deze mail met een vertaling van De Bijbel met Nicky en Pippa Gumbel 2022.
Gebruikte Bijbelcitaten zijn, tenzij anders vermeld, afkomstig uit de Herziene Statenvertaling 2010, Uitgeverij Jongbloed, Heerenveen.


Email Marketing door ActiveCampaign