Share

Je dagelijkse mail van De Bijbel met Nicky en Pippa Gumbel

Je best doen

15 augustus - dag 227

Ik hou van sport. Ik ben er nooit erg goed in geweest, maar toch doe ik het graag. De meeste van de mannen met wie ik squash speelde waren er niet erg goed in. Het ging er allemaal heel gemoedelijk aan toe, maar toch wilden we graag winnen. Zelfs voor ons niveau was discipline nodig. Ik moest regelmatig trainen en spelen. Dat is een van de redenen waarom ik probeer te letten op wat ik eet en te zorgen dat ik genoeg slaap.

Paulus schrijft: 'Op de wedstrijdbaan doen alle hardlopers hun best om te winnen en toch is er maar één die de prijs krijgt. Doe uw best dan ook de prijs te krijgen. Wie voor een wedstrijd traint, ontzegt zich van alles; een sportman voor een erekrans die verwelkt, maar een gelovige voor een erekrans die nooit verwelkt' (1 Korintiërs 9:24-25, HB).

Als mensen die aan sport doen bereid zijn om gedisciplineerd te trainen om iets te winnen dat 'vergankelijk' is, zouden wij ons dan niet gedisciplineerd trainen in ons morele geestelijke leven 'om een onvergankelijke [krans] te ontvangen' (v.25)?

Paulus schrijft: 'Daarom loop ik niet zomaar wat in het wilde weg en ik sta ook niet in de lucht te boksen. Nee, ik hard mijn lichaam en dwing het te doen wat ik wil' (v.26-27a, HB). Paulus' doel in het leven is God aanbidden en dienen. Hij wil dit zo goed mogelijk doen. Hij zet zich in voor de volle 100 procent. Hij gaat voor goud.

De woorden aanbidden en dienen zijn nauw met elkaar verbonden (het Griekse woord latreuo wordt gebruikt voor zowel aanbidden als dienen). Alle mensen zijn aanbidders. Je aanbidt de enige echte God of iemand of iets anders. Alle mensen zijn dienaars; van God, van onszelf, of van iemand of iets anders.

In de gedeelten voor vandaag zien we hoe belangrijk het is om de enige echte God te aanbidden en te dienen met ons hele hart en ons hele wezen. We lezen hoe belangrijk het is dat we ons voor de volle 100 procent inzetten en ons best doen!

 
Waarom aanbid en dien je?

God heerst over zijn universum. 'De HEERE regeert' (v.1). Als de Heer niet regeerde, zou het leven geen zin hebben. Maar Hij regeert wel, en dus hebben we reden om ons te verheugen (v.1).

De psalmdichter roept heel de schepping op om te aanbidden, zelfs alle goden moeten buigen voor de Heer (v.7).

Hij prijst God in de eerste plaats om wie Hij is en ten tweede voor wat Hij heeft gedaan. God beschermt, bevrijdt en leidt zijn volk en geeft het vreugde, omdat Hij is wie Hij is (vv.10-12).

  1. God is je beschermer
    Hij waakt over je leven: 'Hij beschermt de mensen die hem trouw zijn' (v.10b, BGT).

  2. God is je bevrijder
    'Hij redt hen uit de macht van zijn vijanden' (v.10c, BGT). 'Hij bevrijdt [u] uit de macht van de bozen' (v.10c, WV).

  3. God is je leidsman
    Hij laat je leven in het licht. Hij geeft je leiding en opent je ogen (v.11a, HB).

  4. God is je vreugde
    Hij maakt je blij, zodat je kunt juichen en zijn heilige naam kunt prijzen (vv.11b,12, HB), omdat je weet dat Hij van je houdt en je beschermt.

En dus: 'Wees blij om wat de Heer heeft gedaan. Breng hem dank. Houd zijn naam hoog' (v.12, GNB).
Heer, dank U dat U mijn beschermer, mijn bevrijder, mijn leidsman en mijn vreugde bent.
Wie aanbid en dien je?

Totdat de liefde van God ons verandert, zijn de meeste van ons slaven van onszelf (en van onze lichamelijke behoeften). Het tegenovergestelde geldt voor Paulus. Vanwege Jezus Christus heeft Paulus zijn eigen lichaam zijn slaaf gemaakt en zichzelf 'voor allen tot slaaf' (9:19a).

Paulus zegt: 'Voor allen ben ik alles geworden, om in ieder geval enigen te behouden' (v.22b). Dit betekent niet dat hij schijnheilig is of zich niet thuis voelt in zijn eigen situatie of dat hij zichzelf niet kan zijn. Het betekent ook niet dat hij de boodschap van het evangelie aanpast aan de mensen die naar hem luisteren. Hij wilde heel graag het evangelie verkondigen en zijn doel was 'om zoveel mogelijk mensen te winnen' (v.19b, NBV).

Professor Gordon Fee schrijft: 'Paulus is onverzettelijk wat betreft dingen die het evangelie zelf aangaan, of het nou gaat om theologische zaken of om levenswijze. Juist die zorg voor de reddende kracht van het evangelie brengt hem ertoe om voor iedereen wel iets te zijn waar het gaat om zaken die er niet toe doen.'

Paulus schrijft: 'Ik pas me dus altijd aan, aan alle mensen met wie ik omga' (v.22b, BGT). Dit heeft verstrekkende gevolgen, misschien nog wel meer dan Paulus dacht. Het zou bijvoorbeeld gevolgen kunnen hebben voor de kleren die je draagt om ervoor te zorgen dat je de mensen die je wilt bereiken niet afschrikt, maar dat je juist herkenbaar voor hen bent.

Paulus was dus bereid om de slaaf van iedereen te zijn, maar hij wilde juist geen slaaf zijn van zijn lichamelijke behoeften. Hij zag het leven als een wedloop (v.24) en zichzelf als een atleet die zich in alles moest beheersen (v.25). Net als een atleet moest hij meedogenloos zijn voor zijn lichaam. Hij moest het zijn slaaf maken, zodat hij, na tot anderen gepreekt te hebben, zelf niet zou 'worden gediskwalificeerd'. (v.27, NBV). Zelfdiscipline is onmisbaar. Zorg dat je de beheersing hebt over je lichaam, je gedachten, je mond en je emoties.

Paulus wist dat er overal om ons heen verleidingen zijn. Hij kon dit afleiden uit de geschiedenis van zijn eigen volk; 'Toch wees God de meesten van hen af, want hij liet hen bezwijken in de woestijn' (10:5, NBV).

Ze verlangden naar ‘kwade dingen’ (v.6). Ze hadden 'verboden seks' (v.8a, BGT). Ze stelden God op de proef (v.9, GNB). Ze morden (v.10). 'En mopper niet tegen God, zoals sommigen van hen; want daarom trof hun de dood' (v.10, HB).

'Voor ons zijn die verhalen over de Israëlieten een waarschuwing. Als je vindt dat je een sterk geloof hebt, moet je oppassen dat je geen verkeerde dingen doet' (vv.11-12, BGT).

Ook jij zult blootstaan aan verleiding, net als zij. En toch zegt Paulus: 'Meer dan een menselijke verzoeking is u niet overkomen. En God is getrouw: Hij zal niet toelaten dat u verzocht wordt boven wat u aankunt, maar Hij zal met de verzoeking ook de uitkomst geven om die te kunnen doorstaan' (v.13).

Stel jezelf de volgende twee vragen:

  1. Hoe zorg ik ervoor dat ik geen slaaf word van mijn eigen verlangens?
  2. Hoe kan ik iedereen die vandaag op mijn pad komt van dienst zijn?
Heer, help me om mezelf te beheersen om zo een onvergankelijke krans te winnen. Help me om niet toe te geven aan de verleidingen. Help me om U en U alleen te aanbidden en te dienen.
Hoe aanbid en dien je?

Een van de dingen die ik zo mooi vind aan veel van de kerken die we mochten bezoeken, is de geweldige manier van aanbidden. Ze besteden heel veel aandacht aan zelfs de kleinste details van hun muziek, hun gastvrijheid, de werving en training van hun vrijwilligers om hun aanbidding te perfectioneren.

Ik hou van de diversiteit van de aanbidding van de verschillende onderdelen van de kerk. Uiteindelijk gaat het niet om de manier. Onze aanbidding moet groots zijn. Het moet onze hoogste prioriteit hebben en we moeten alles uit de kast halen omdat we het doen ter ere van God.

Toen Salomo begon 'voor de Naam van de HEERE een huis te bouwen' (2:1), zei hij: 'Het huis dat ik ga bouwen, zal groot zijn, want onze God is groter dan alle goden. (...) het huis dat ik ga bouwen, zal groot en wonderbaarlijk zijn' (2:5,9b).

Deze grootsheid kostte veel materialen, tijd en inspanning. En ook veel uitzonderlijke aandacht voor details (hoofdstuk 2-4). Zelfs het kleinste detail moet van de allerbeste kwaliteit zijn om God te dienen.

Daarom gebruikten ze ook zoveel goud (4:19-22). Winnaars van sportwedstrijden krijgen een gouden medaille, omdat goud staat voor het allerbeste. Daarom moeten wij ook ons uiterste best doen als we God aanbidden en dienen.

Paulus schrijft aan de Kolossenzen: 'En alles wat u doet, doe dat van harte, als voor de Heere en niet voor mensen (…) want u dient de Heere Christus' (Kolossenzen 3:23-24).

Charles Spurgeon, een Engelse baptistenpredikant, had ooit een gesprek met een schoonmaakster die kort daarvoor christen was geworden. Hij vroeg haar wat Jezus voor haar voor verschil had gemaakt. Ze antwoordde nogal schuchter: 'Ik veeg nu ook ónder de mat, meneer.' Ze wist nu dat ze haar werk uiteindelijk deed voor Jezus, om Hem te eren en dienen. Ze deed beter haar best.

Heer, help me om aandacht te schenken aan de kleinste details als ik U aanbid en dien. Help me om alles zo goed mogelijk te doen.
Pippa's bijdrage
'Daarom, wie denkt te staan, laat hij oppassen dat hij niet valt.'

Juist als alles op rolletjes loopt, gaat er iets vaak iets mis, of merk ik dat er iets fout is gegaan. We moeten gewoon goed oppassen, niet op een bange, beperkende manier, maar door elke kans te benutten, geworteld in geloof en vol hoop en moed.

Vers voor vandaag
1 Korinthe 10:13

'En God is getrouw: Hij zal niet toelaten dat u verzocht wordt boven wat u aankunt, maar Hij zal met de verzoeking ook de uitkomst geven om die te kunnen doorstaan.'
 
Facebook
 
Twitter
 
Linkedin
 
Email
Copyright © 2024, Alpha Nederland, All rights reserved.
Afzender: Alpha Nederland - BiOY@alphanederland.org
Alpha Nederland, Regulierenring 16, 3981 LB Bunnik, , The Netherlands

Je ontvangt dagelijks deze mail met een vertaling van De Bijbel met Nicky en Pippa Gumbel 2022.
Gebruikte Bijbelcitaten zijn, tenzij anders vermeld, afkomstig uit de Herziene Statenvertaling 2010, Uitgeverij Jongbloed, Heerenveen.

Email Marketing door ActiveCampaign