Acht kenmerken van een christelijke gemeenschap

16 november - dag 320

Voormalig aanvoerder van het Engelse voetbalelftal David Beckham vertelt hoe hij van het veld werd gestuurd tijdens de finale van de wereldbeker in 1998: 'Het was waarschijnlijk de langste wandeling van mijn leven (...) ik weet eigenlijk niet precies meer wat er door mijn hoofd ging, het was een combinatie van angst, schuldgevoel, woede en verwarring. Het duizelde me toen ik de kleedkamer binnenliep. Volgens het reglement moest ik daar blijven tot de wedstrijd was afgelopen.' Engeland verloor de wedstrijd. Geen wereldbeker!

'Toen mijn teamgenoten terugkwamen in de kleedkamer zei niemand iets tegen me. Je kon een speld horen vallen. De knoop in mijn maag werd steeds groter. Ik slikte, haalde diep adem, slikte nog een keer. Ik zat in een bomvolle kleedkamer, maar had me nog nooit zo eenzaam gevoeld. Ik voelde me helemaal alleen en was bang... Ik zat gevangen in mijn eigen schuldgevoel en angst.'

God wil niet dat je alleen en eenzaam bent; Hij heeft je gemaakt om samen te leven, om relaties aan te gaan, met Hem en met andere mensen.

De christelijke gemeenschap, de kerk, is de gemeente van onze Heer Jezus, 'de machtige herder van de schapen' (Hebreeën 13:20). Elke plaatselijke kerk heeft de opdracht om een gemeente van de machtige Herder te zijn.

Spreuken 27:23-28:6

1. Een gemeenschap met pastorale zorg

Als puntje bij paaltje komt, gaat het om de mensen. 'Doe uw best om elk schaap in uw kudde te kennen, let goed op uw have en vee' (27:23, HB).

In de Bijbel wordt vaak dit beeld van een herder en zijn kudde gebruikt om te laten zien hoe God zorgt voor zijn volk en wat de rol van de leiders van het volk van God is (bijv. Psalm 78:70-71; 1 Petrus 5:2-4). Zorg goed voor de mensen die aan jouw zorg zijn toevertrouwd. Zorg dat je weet hoe het met ze gaat en geef ze je aandacht.

In deze verzen worden drie kenmerken genoemd van het soort gemeenschap dat we moeten vormen:

Stoutmoedigheid

Wees stoutmoedig in je geloof: 'Goddelozen vluchten, ook als ze niet worden achtervolgd; maar iedere rechtvaardige heeft de moed van een jonge leeuw' (28:1, HB).

Goed bestuur

In de chaos heeft iedereen wel een idee om orde op zaken te stellen, maar 'door mensen van inzicht en verstand blijft de orde lang duren' (v.2b, WV).

Rechtvaardigheid

'Een heerser die de armen onderdrukt (...) Slechte mensen begrijpen niet wat rechtvaardig is, maar zij die de HEER zoeken, begrijpen het volkomen' (vv.3,5, WV).

Heer, help ons om het voorbeeld van Jezus te volgen, de machtige Herder van de schapen. Geef dat we een stoutmoedige gemeente vormen, met een goed bestuur. Geef dat we U zoeken en ernaar streven om te zorgen voor de armen en op te komen voor uw rechtvaardigheid.

Hebreeën 13:1-25

2. Een gemeenschap van Jezus

Bill Hybels schrijft: 'De plaatselijke kerk is de hoop van de wereld. Er gaat niets boven een lokale kerk als deze goed functioneert.' De gemeente van Jezus, 'de machtige herder van de schapen' (v.20), is de prachtigste gemeenschap op aarde. De liefde is het bindmiddel van de gemeente (v.1). Deze liefde gaat niet alleen over gevoelens. Deze liefde bepaalt wat je doet. Ter illustratie van wat deze 'onderlinge liefde' (v.1) in de praktijk betekent, noemt de schrijver van de brief aan de Hebreeën vijf andere kenmerken waaraan een christelijke gemeenschap moet voldoen:

Gastvrijheid

'... houd de gastvrijheid in ere, want zo hebben sommigen zonder het te weten engelen ontvangen' (v.2). Neem een voorbeeld aan Abraham en Sara (Genesis 18).

Gezamenlijke maaltijden vormen de basis van gastvrijheid en missie. Als je samen eet, ontstaat er vaak een ontspannen sfeer, voelen vreemdelingen zich welkom en ontstaan er vriendschappen.

Hulp voor mensen in nood

'Bekommer u om de gevangenen alsof u samen met hen gevangenzat, en om de mishandelden als om mensen die net zo'n lichaam hebben als u' (v.3). Als je je bekommert om gevangenen of om mensen die mishandeld of misbruikt worden, ontmoet je Jezus (Matteüs 25:40).

Respect voor het huwelijk

'Houd het huwelijk in ere, in alle omstandigheden, en houd het echtelijk bed zuiver, want overspeligen en echtbrekers zal God veroordelen' (Hebreeën 13:4).

Tevredenheid

'Leef niet alleen voor het geld, en wees tevreden met wat je hebt. God zorgt voor je, want hij heeft zelf gezegd: 'Ik zal bij je blijven, ik zal je niet in de steek laten' ' (v.5, BGT). Je hoeft niet steeds aan geld te denken. God heeft immers beloofd dat Hij voor je zal zorgen als Hij steeds in je gedachten is. Hij laat je nooit in de steek (v.5, BGT).

Doen wat God wil

'Laten we met Jezus' tussenkomst een dankoffer brengen aan God: het huldebetoon van lippen die zijn naam prijzen, ononderbroken. En houd de liefdadigheid en de onderlinge solidariteit in ere, want dat zijn offers waarin God behagen schept' (vv.15-16). Dit zijn drie dingen die God graag ziet: bidden (vooral lofprijzing), dienen (goede dingen doen) en geven (delen met andere mensen).

De schrijver benadrukt het belang van goed bestuur in de christelijke gemeenschap. We vallen allemaal onder het leiderschap van onze Heer Jezus, 'de machtige herder van de schapen' (v.20). Maar er zijn ook menselijke leiders. Hij zegt vijf dingen over leiders:

Waardeer hen

Denk aan al je leiders, vooral aan hen die je als eerste het goede nieuws hebben verteld en als eerste voor je zorgden.

Imiteer hen

'... neem een voorbeeld aan hun geloof en kijk vooral goed hoe hun levenswandel eindigt' (v.7b). Dit is een enorme uitdaging voor iedereen met een leidinggevende taak in een christelijke gemeenschap. Andere mensen kijken naar je en hebben de opdracht om een voorbeeld aan je te nemen. Een goed voorbeeld is twee keer zoveel waard als goede raad.

Doe wat ze zeggen

'Luister goed naar jullie leiders, en doe wat ze zeggen. Want zij moeten erop letten dat jullie goed leven en gered kunnen worden. Daar zijn zij verantwoordelijk voor, en God zal over hun werk oordelen. Zorg er dus voor dat ze hun werk met vreugde kunnen doen. En zorg ervoor dat ze niet hoeven te klagen, want daar hebben jullie uiteindelijk niets aan!' (v.17, BGT).

Bid voor hen

De schrijver zelf was waarschijnlijk een van hun leiders en hij vraagt hun: 'Bid voor ons. Wij vertrouwen erop dat we een goed geweten hebben, want we proberen ons altijd en overal goed te gedragen' (v.18, GNB).

Verwelkom hen

'Groet al uw leiders en alle heiligen' (v.24a). Het is waarschijnlijk de bedoeling dat ze worden begroet met de woorden waarmee deze brief eindigt. 'Genade zij met u allen' (v.25). 'Genade' is het kernwoord van de hele brief en van onze opdracht als gemeenschap. In een genadevolle gemeenschap vinden alle mensen liefde, zin en hoop.

Heer, help ons om een liefdevolle, gastvrije, hulpvaardige, gelovige en tevreden gemeenschap te zijn. We willen graag doen wat U wilt door onze aanbidding, onze dienst aan de wereld en onze gaven.

Ezechiël 30:1-31:18

3. Een gemeenschap die de Herder kent

God wil graag dat wij – als zijn gemeenschap – een plek zijn waar mensen die de weg kwijt zijn, die gebroken of eenzaam zijn, hoop, genezing en liefde vinden.

Verderop heeft Ezechiël het over de herder als heerser van het land (Ezechiël 34). In een profetie over Jezus zegt hij: 'Ik zal een andere herder over ze aanstellen, een die ze wél zal weiden (...) hij zal hun herder zijn' (v.23).

In het gedeelte voor vandaag heeft Ezechiël het over de gemeenschap die de Heer niet kent. Hij voorspelt de dag van het oordeel waarop '[ze] weten dat ik de HEER ben' (30:8,19,26). Dit gedeelte is een waarschuwing voor het soort houding dat we moeten zien te vermijden. Ze vertrouwden op hun rijkdom (v.4, HB) en hun 'trotse kracht' (v.6, HB). Ze waren hoogmoedig (v.6). Ze waren 'onbezorgd' (v.9) en hadden God vervangen door afgoden (v.13).

De ceder van de Libanon (hoofdstuk 31) staat in schril contrast met het soort gemeenschap dat Jezus beschrijft. Eerst stak deze geweldige ceder hoog uit boven alle bomen van het veld en nestelden alle vogels van de hemel in zijn takken (vv.5-6). Alle grote volken leefden in zijn schaduw. De boom was majestueus en prachtig. Zijn wortels reikten in veel water (v.7). De boom werd echter omgehakt en had geen toekomst meer (v.10 e.v.).

Het koninkrijk van God is precies het tegenovergestelde. Het begint 'als een zaadje van de mosterdplant, het kleinste van alle zaden op aarde wanneer het gezaaid wordt. Maar als het na het zaaien opschiet, wordt het het grootste van alle planten en krijgt het grote takken, zodat de vogels van de hemel in zijn schaduw kunnen nestelen' (Marcus 4:31-32).

Laten we proberen om een gemeenschap te vormen die groeit als het mosterdzaadje en een plaats wordt waar mensen die de weg kwijt zijn, die gebroken of eenzaam zijn schaduw vinden waar ze kunnen rusten; een gemeenschap die de Heer kent, waar mensen belangrijk zijn en waar we genieten van de leiding van onze Heer Jezus, de machtige Herder van de schapen.

'Moge de God van de vrede, die onze Heer Jezus, de machtige herder van de schapen, door het bloed van het eeuwig verbond uit de wereld van de doden heeft weggeleid, u toerusten met al het goede, zodat u zijn wil kunt doen. Moge hij in ons datgene tot stand brengen wat hem welgevallig is, door Jezus Christus, aan wie de eer toekomt, tot in alle eeuwigheid. Amen' (Hebreeën 13:20-21).

Pippa's bijdrage

Hebreeën 13:5

... neem genoegen met wat u hebt.'

Of zoals het in de 'Bijbel in Gewone Taal' staat: 'Leef niet alleen voor het geld, en wees tevreden met wat je hebt.'

Ik sta vaak voor mijn kledingkast en vind dan niet precies wat ik zoek. Het overkomt me ook regelmatig dat ik in de supermarkt in het wagentje van een ander kijk en dan denk dat dat er beter uitziet dan mijn eigen wagentje. Maar in de Bijbel staat: '... neem genoegen met wat u hebt.'