Je dagelijkse mail van De Bijbel met Nicky en Pippa Gumbel
|
|
|
|
|
|
|
|
|
22 oktober - dag 295
'Goede leiders hebben één ding gemeen: ze weten dat het hun belangrijkste taak is om goede mensen om zich heen te verzamelen en te houden.' Dit schrijft John Maxwell in zijn boek Developing the Leaders Around You (Leiders om je heen opleiden). Hij drukt zijn lezers op het hart: 'Ga op zoek naar de beste mensen die je kunt vinden, en help hen uit te groeien tot de best mogelijke leiders.' Paulus was veroordeeld en zat in een donkere, vochtige kerker met alleen een gat in het plafond waardoor wat licht en frisse lucht naar binnen komt. Hij zat gevangen (2 Timotheüs 1:16) 'als een misdadiger' (2:9). Hij was eenzaam, had niets te doen en had het koud (4:9-13). De dood was onafwendbaar. Volgens de overlevering werd hij veroordeeld tot onthoofding onder de vervolging van Nero.
Dit (2 Timotheüs) is waarschijnlijk Paulus' laatste brief. Hij richtte zijn brief aan een persoon, niet aan een gemeente. Timotheüs was een leider die Paulus zelf had gevonden en opgeleid. Paulus was waarschijnlijk in de zestig en Timotheüs begin dertig. Paulus besefte dat hij het evangelie moest overgeven aan de volgende generatie, en zijn grootste zorg was dat Timotheüs het goed zou bewaren (1:11-14). Naarmate ik ouder word, krijg ik steeds meer bewondering voor de wijsheid van de generaties vóór mij, en groeit het besef dat we allemaal de verantwoordelijkheid hebben om het stokje door te geven aan de volgende generatie.
|
|
|
|
Een goede basis voor de volgende generatie
Deze psalm is niet alleen een persoonlijke overdenking van het leven, maar ook een bron waaruit anderen kunnen putten om hun leven en leiderschap een goede basis te geven.
De psalmdichter geeft met name het goede voorbeeld met zijn vertrouwen in Gods woord: ‘… op Uw woord heb ik gehoopt (...) Al Uw geboden zijn betrouwbaar (...) ik heb Uw bevelen niet verlaten' (vv.81b,86a,87b).
|
|
|
Heer, vandaag stel ik mijn hoop op uw woord. Laat mij zo anderen bemoedigen: 'Wie U vrezen, zien mij en verblijden zich'
(v.74).
|
|
|
|
De volgende generatie opleiden
We kunnen allemaal geestelijke kinderen hebben. Paulus had waarschijnlijk geen eigen
kinderen, maar hij had wel geestelijke kinderen. Hij noemt Timotheüs 'mijn geliefde zoon' (v.2). Door hem was Timotheüs tot geloof gekomen (Handelingen 16:1-2). Vijftien jaar lang was Timotheüs Paulus' compagnon geweest en hij was met hem meegereisd op zijn tweede en derde zendingsreis (Romeinen 16:21; 1 Thessalonicenzen 3:2 en Filippenzen 2:19-20). Nu heeft Timotheüs de leiding over de gemeente in Efeze. Paulus was Timotheüs' mentor en leraar en gaf zijn wijsheid aan hem door. Hij laat zien hoe we de volgende generatie leiders opleiden en toerusten.- Houd van hen
Paulus schrijft aan Timotheüs: '... ik houd van je alsof je mijn eigen kind bent' (2 Timoteüs 1:2, BGT). Paulus dankt God voortdurend voor hem (v.3). Paulus was een gepassioneerde en emotionele man die
vaak tot tranen toe geroerd was als hij afscheid van mensen moest nemen: hij verlangt er erg naar om Timotheüs weer te zien; 'om met blijdschap vervuld te worden' (v.4b).
- Bid voor hen
'… terwijl ik zonder ophouden aan u denk in mijn gebeden, nacht en dag' (v.3). Bidden voor anderen is geen tijdverspilling, het helpt. Voorbede doe je uit liefde.
- Geloof in hen
'Daarbij herinner ik mij het ongeveinsde geloof dat in u is en
dat eerst gewoond heeft in uw grootmoeder Loïs en in uw moeder Eunike. En ik ben ervan overtuigd dat het ook in u woont' (v.5). Paulus vertrouwde Timotheüs al op jonge leeftijd verantwoordelijkheid toe. De mensen die invloed op ons hebben, zijn de mensen die in ons geloven.
- Bid met hen
'Daarom herinner ik u eraan de genadegave van God die in u is door de oplegging van mijn handen, aan te wakkeren' (v.6). Eerder schreef Paulus: 'Veronachtzaam de genadegave niet die in u is en die u gegeven is door profetie, met handoplegging
door de raad van ouderlingen' (1 Timotheüs 4:14).
Misschien hebben ze voor hem gebeden dat hij de gave van evangelisatie mocht krijgen of mocht worden benoemd tot leider van de gemeente. Misschien vroegen ze om vervulling met de Heilige Geest of voor de gave van tongentaal of profetie. We weten het niet precies, maar we zien wel hoe belangrijk persoonlijke voorbede is. Daarom leggen we mensen de handen op, bijvoorbeeld tijdens de voorbede aan het einde van bijna elke dienst bij ons in de kerk.
- Bemoedig hen
Timotheüs had bemoediging nodig. Bemoediging is als zuurstof voor de ziel. Timotheüs was nog jong. Hij was lichamelijk niet zo sterk ('veelvuldige kwalen', 1 Timotheüs 5:23) en waarschijnlijk was hij verlegen en introvert.
Paulus schrijft: 'God heeft ons zijn Geest gegeven. Niet om bange mensen van ons te maken, maar moedige mensen,
vol liefde en geduld' (2 Timoteüs 1:7, BGT). We zijn geen lafaards als we bang zijn. Sterker nog, zonder angst is er geen moed. Moed is doen waar je bang voor bent en je niet laten leiden door je angst.
Om je angst te overwinnen heeft God je de Heilige Geest gegeven en 'kracht en liefde en bezonnenheid' (v.7b).
- Daag hen uit
Paulus dringt erop aan dat Timotheüs de gave van God ontwikkelt (v.6, HB), dat hij het vuur aanwakkert van de gave die God hem geschonken heeft (v.6, GNB). Anderen kunnen je helpen maar uiteindelijk ben je zelf verantwoordelijk voor je eigen spirituele groei. Ontwikkel jezelf. Wakker het vuur van je geloof aan met lofprijzing, gebed, Bijbellezen, samenkomen en alles wat je maar kan helpen.
- Vertrouw hen
'Bewaar door de Heilige Geest, Die in ons woont, het goede pand, dat u toevertrouwd is' (v.14). Het goede pand is het evangelie waarvan Paulus een 'prediker, apostel en leraar' is (v.11).
Het evangelie gaat over Jezus ('onze Heere', v.8). Het gaat over een relatie met Hem: '... ik weet Wie ik geloofd heb' (v.12). We zijn gered
door genade, 'niet op grond van onze daden' (v.9, NBV). 'Jezus Christus, onze redder, (...) heeft de dood overwonnen. Dankzij hem krijgt iedereen die het goede nieuws gelooft, het eeuwige leven!' (v.10, BGT).
Paulus zegt tegen Timotheüs dat hij zich niet voor hun vriendschap moet schamen en ook niet bang moet zijn om te vertellen over de Heer (v.8). Ze moesten het evangelie verkondigen, bewaren en bewaken (vv.9-14). Paulus had er alle vertrouwen in dat hij de juiste persoon had uitgekozen om het stokje over te geven aan de volgende generatie 'met de hulp van de heilige Geest die in ons woont' (v.14, WV).
- Deel met hen
'... lijd met mij verdrukking om het Evangelie' (v.8). Hoewel Paulus God diende 'met een rein geweten' (v.3), bleef hij niet gespaard voor lijden. Hij zat gevangen (v.16). Andere christenen hadden hem lelijk in de steek gelaten: 'Dit
weet u dat allen die in Asia zijn, zich van mij afgekeerd hebben. Tot hen behoren Fygellus en Hermogenes' ( v.15).
Maar één iemand sprong eruit. Keer je niet af van mensen die lijden, maar wees loyaal zoals Onesiforus, van wie Paulus zegt: ‘hij heeft mij vaak bemoedigd en heeft zich voor mijn boeien niet geschaamd’ (v.16).
|
|
|
Heer, help me om het stokje door te geven aan de volgende generatie, om voor hen te bidden, van hen te houden, in hen te geloven, met hen te bidden, hen te bemoedigen, hen te vertrouwen en met hen te delen.
|
|
|
|
Het belang van een goede opleiding van de nieuwe generatie
Een van de problemen die steeds weer de kop opsteken in het boek Jeremia is de zwakheid en slechtheid van de leiders van het volk. Hier zien we de verschrikkelijke gevolgen van een gebrek aan goed leiderschap. 'Heeft Israël geen kinderen of heeft het geen erfgenaam?' (49:1). De erfenis was beschikbaar,
maar er was niemand die haar kon opeisen. Het tegenovergestelde van Gods manier van leidinggeven is hoogmoed en arrogantie. Dit zijn de zonden van Moab: 'Wij hebben gehoord van de trots van Moab, dat zeer hoogmoedig is, van zijn hoogheid, zijn trots, zijn hoogmoed, en zijn hooghartigheid' (48:29). Mensen beschouwen trots en onafhankelijkheid vaak als goede eigenschappen, maar ze zijn een grote zonde in de ogen van de Heer omdat ze tussen ons en Hem in staan. Uit trots en onafhankelijkheid zeggen we: “Ik heb U niet nodig.” Als hij het oordeel over Moab en Ammon uitspreekt, zegt Jeremia: 'Vervloekt wie het werk van de HEERE
traag uitvoert' (v.10a). 'Vanaf zijn ontstaan heeft Moab hier gelegen, rustig, niet gestoord door vijandige invallen. Het lijkt op wijn die niet van het ene vat in het andere is overgegoten en daardoor zijn aroma en smaak heeft behouden' (v.11, HB). Het is belangrijker dat je hard werkt dan dat je een aangeboren talent hebt. Een bekende uitspraak van Thomas Edison is: “Genialiteit is één procent inspiratie en negenennegentig procent transpiratie.” Het opleiden
van de volgende generatie kost veel inspanning. Er is een belangrijk principe. We moeten de lat voor ons werk voor de Heer even hoog leggen als voor onze baan (als we hiervoor tenminste ons best doen!). Voor de meeste banen is 100% inzet en doelmatigheid een vereiste. Ik ben altijd zo onder de indruk van onze vrijwilligers die steeds weer met grote regelmaat, liefde en inzet hun werk doen. Ik vind hun toewijding jaar in jaar uit geweldig. Voor veel mensen is het een levenslange verbintenis in dienst van God en de wereld.
|
|
|
Heer, help me om U trouw te volgen, ook als ik het zwaar heb met problemen, pijn en laster. Laat mij nooit streven naar dingen voor mezelf, maar laat me ernaar streven om uw
naam te verheerlijken.
|
|
|
|
'Daarbij herinner ik mij het ongeveinsde geloof dat in u is en dat eerst gewoond heeft in uw grootmoeder Loïs en in uw moeder Eunike.' En zij gaven hun geloof door aan Timotheüs, door hun gebeden en hun voorbeeld (en dat kunnen we allemaal lezen in dit boek) Ik vind het geweldig om te zien dat het geloof binnen drie generaties is doorgegeven. Goed gedaan, Loïs!
|
|
|
Vers voor vandaag 2 Timotheüs 1:7
'God heeft ons niet gegeven een geest van vreesachtigheid, maar van kracht en liefde en bezonnenheid.'
|
|
|
|
|
Copyright © 2024, Alpha Nederland, All rights reserved.
|
|
|
|
Afzender: Alpha Nederland - BiOY@alphanederland.org Alpha Nederland, Regulierenring 16, 3981 LB Bunnik, Nederland
Je ontvangt dagelijks deze mail met een vertaling van De Bijbel met Nicky en Pippa Gumbel 2022. Gebruikte Bijbelcitaten zijn, tenzij anders
vermeld, afkomstig uit de Herziene Statenvertaling 2010, Uitgeverij Jongbloed, Heerenveen.
|
|
|
|
|