Share
Je dagelijkse mail van De Bijbel met Nicky en Pippa Gumbel

Verzadig je ziel

18 mei - dag 138

Bernhard Langer was een van de beste golfers van zijn tijd. Twee keer won hij de US Masters en op een gegeven moment stond hij nummer een op de wereldranglijst. Hij zei: “Ik had zeven toernooien gewonnen in vijf verschillende werelddelen. Ik was de nummer een van de wereld en had een prachtige vrouw. Toch ontbrak er iets.

Het soort leven dat we allemaal leiden, en vooral dat van sporters, draait om geld, om wie je bent, wie je kent en wat je hebt. Maar dat is allemaal niet waar het echt om gaat. Ik denk dat mensen die dit allemaal hebben zich realiseren dat (...) er toch iets ontbreekt in hun leven. En ik geloof dat dat Jezus Christus is.”

De geestelijke leegheid waar Bernhard Langer het over heeft, is iets wat iedereen kent. Een jonge vrouw kwam ooit naar me toe en zei tegen me dat ze het gevoel had dat er een hap uit haar ziel ontbrak. Je bent niet alleen een lichaam met verstand. Je bent een ziel die bedoeld is om een band te hebben met God. Hoe verzadig je je ziel?

 
Zoek God dag en nacht

Geestelijk 'voedsel' is even echt als tastbaar voedsel en verzadigt ons op een manier die niet mogelijk is met iets fysieks.

David was in de woestijn. Hij wist wat het was om lichamelijk honger en dorst te hebben. Maar hij wist ook wat geestelijke dorst was: 'Mijn ziel dorst naar U, mijn lichaam verlangt naar U in een land, dor en dorstig, zonder water' (v.2). En hij wist ook hoe het voelde als zijn geestelijke honger gestild werd: 'Mijn ziel zal als met vet en overvloed verzadigd worden' (v.6a).

Zijn geestelijke honger en dorst worden verzadigd als hij God vereert: 'Hier ben ik dan, in uw tempel, met open ogen en ik neem uw kracht en majesteit in mij op' (v.3, MSG).

Hij heft zijn handen op naar de hemel om uitdrukking te geven aan zijn aanbidding, eerbied en overgave: 'Uw goedertierenheid is immers beter dan het leven; daarom zullen mijn lippen U prijzen. Zo zal ik U loven in mijn leven, in Uw Naam zal ik mijn handen opheffen.' (vv.4-5). Het opheffen van de handen is de oudste manier van bidden. De vorige paus, Benedictus, schreef: 'Dit gebaar is de radicale vorm van aanbidding (...) Je opent jezelf naar God, je geeft je helemaal over aan Hem.'

Wat doe je als je niet kunt slapen of 's nachts wakker ligt? David zegt dat hij God aanbidt en prijst: 'Wanneer ik aan U denk op mijn bed,
over U peins in nachtwaken' (v.7).

Als hij overdag en 's nachts zijn hart in aanbidding uitstort bij God, vindt David kracht en steun. Hij schrijft: 'voorzeker, U bent een Helper voor mij geweest;onder de schaduw van Uw vleugels zal ik vrolijk zingen. Mijn ziel klampt zich aan U vast, komt achter U aan,
Uw rechterhand ondersteunt mij.' (vv.8-9).
Heer, vandaag wil ik U zoeken. Heer, dank U dat U mijn ziel verzadigt met uw overvloed en mijn geestelijke dorst lest. Dank U dat uw liefde beter is dan het leven.
Communiceer met God via Jezus

Hoe kunnen jij en ik communiceren met God?

Communiceren met Jezus is communiceren met God. Mensen die Jezus hadden ontmoet, begrepen dat Hij beweerde dat Hij God was (v.33). Toen Hij zei: 'Ik en de Vader zijn één' (v.30) en 'de Vader [is] in Mij (…) en Ik in Hem.' (v.38b) begrepen de mensen die Hem hoorden precies wat Hij bedoelde. Zijn tegenstanders vatten het op als godslastering; 'omdat U, Die een Mens bent, Uzelf God maakt' (v.33b) en ze raapten stenen op om Hem te stenigen (vv.31-33).

Jezus communiceerde met zijn leerlingen en Hij doet dat ook vandaag met ons. Jezus zegt: 'Mijn schapen horen Mijn stem en Ik ken ze en zij volgen Mij.' (v.27). Dit zijn kenmerken van een echte christen:

  1. Geloven in Jezus
    In dit gedeelte staan de mensen die geloven in Jezus (v.42) tegenover de mensen die niet geloven (vv.25-26). Geloven in Jezus betekent dat je Hem gelooft als Hij zegt ‘Ik ben Gods Zoon’ (v.36) en dat je je vertrouwen op Hem stelt.

  2. Jezus kennen
    Jezus zegt: 'Mijn schapen horen Mijn stem en Ik ken ze…' (v.27). Christen-zijn betekent dat je de stem van Jezus herkent en Hem volgt; niet zozeer dat je veel over Hem weet, maar dat je Hem kent. Hierna volgt de prachtige verklaring van Jezus dat Hij ons ook kent.

  3. Jezus volgen
    Jezus zegt: 'Zij volgen Mij' (v.27). Dat heeft invloed op je leven. Jezus heeft elders gezegd: 'Aan hun vruchten zult u hen herkennen' (Mattheüs 7:16,20). Jakobus heeft geschreven: 'Geloof dat niet uit daden blijkt, is geen geloof; het is dood en zinloos' (Jacobus 2:17c, HB). Het belangrijkste bewijs van geloof is liefde. Mensen die Jezus volgen, volgen zijn voorbeeld van liefde na.

Jezus belooft elke ware christen: 'En Ik geef hun eeuwig leven' (Johannes 10:28a). Dit gaat niet alleen over de duur van het leven, maar ook over de kwaliteit van leven. Jezus stilt onze geestelijke honger en dorst. In onze relatie met Jezus vinden we deze totale verzadiging van de ziel die we nergens anders vinden.

Jezus belooft ons dat deze band met Hem altijd zal blijven bestaan. Hij begint nu en duurt 'eeuwig' (v.28). Mensen die Jezus volgen, zullen 'beslist niet verloren gaan' (v.28). Dit is een geschenk ('Ik geef hun eeuwig leven' (v.28)). Je kunt dit niet verdienen of kwijtraken. Jezus belooft: '... niemand zal ze uit Mijn hand rukken (...) niemand kan hen uit de hand van Mijn Vader rukken' (vv.28-29).

Je kunt onderweg te maken krijgen met veel strijd en verleiding, maar uiteindelijk ben je geborgen in de hand van Jezus en in de hand van de Vader. Een christen kan zijn werk verliezen, zijn geld, zijn familie, zijn vrijheid en zelfs zijn leven, maar nooit het eeuwige leven.
Heer, dank U dat ik naar uw stem mag luisteren, dat ik U mag kennen en dat U mij eeuwig leven geeft. Dank U dat U belooft dat ik nooit verloren zal gaan en dat niemand mij uit uw hand kan rukken. Dank U dat ik in mijn band met U verzadiging vind voor mijn ziel, nu en altijd.
Stort je hart uit bij God

Is er iets dat je verschrikkelijk graag van God zou willen?

Het is bijna onvermijdelijk dat we op bepaalde momenten in ons leven 'bitter van gemoed' zijn (1:10). Laat je hart nooit verkillen door bitterheid, maar stort het uit bij de Heer, net als Hanna. '[Hanna] bad, diepbedroefd als zij was, tot de Heer en liet haar tranen de vrije loop' (v.10, GNB).

Niets lucht zo op als je hart uitstorten bij de Heer, Hem vertellen waar je mee zit, in plaats van het allemaal op te kroppen; Hem te vragen om een oplossing en hierna de vrede van God te ervaren (Filippenzen 4:6-7).

Hanna voelt haar angst verdwijnen, al lang voordat haar gebed wordt verhoord.

Dit is een prachtig beeld van een gebed uit het diepst van het hart. 'En het gebeurde, toen zij lang bleef bidden voor het aangezicht van de HEERE, dat Eli op haar mond lette. Want Hanna sprak in haar hart; alleen haar lippen bewogen, maar haar stem werd niet gehoord.' (1 Samuel 1:12-13a). Eli spreekt haar aan omdat hij denkt dat ze dronken is. Ze antwoordt: 'Nee, mijn heer, ik ben een diepbedroefde vrouw (…) ik heb mijn ziel uitgestort voor het aangezicht van de HEERE. (…) want vanwege de veelheid van mijn gedachten en mijn verdriet heb ik tot nu toe gesproken.' (vv.15-16).

Eli zegt tegen haar: 'Ga in vrede, en de God van Israël zal u geven wat u van Hem gebeden hebt.' (v.17). Toen ze wegging was haar gezicht niet meer betrokken: 'Haar gezicht was opgeklaard en ze at ook weer' (v.18b, NBV). Ze wist diep van binnen dat God haar gebed had gehoord en dat de Heer aan haar dacht (v.19). God deed zelfs meer dan haar gebed verhoren. Hij gaf haar niet alleen het kind dat ze zo graag wilde; ze kreeg zes kinderen (2:21).

'En de jonge Samuel kreeg gaandeweg meer aanzien en gunst, zowel bij de HEERE als ook bij de mensen.' (v.26). Dit is het gebed dat we zo vaak bidden en hebben gebeden voor onze kinderen.

Hanna's gebed na de geboorte van Samuel is een levendige demonstratie van de verzadiging van de ziel die ze ervaart in haar band met God. Ze bidt en dankt God dat 'zij die hongerig waren, (…) het niet meer [zijn]' (v.5b).

De verbazingwekkende onthulling in Hanna's gebed is dat haar voornaamste bron van vreugde niet het kind is, maar de Heer. Ze zegt: 'Mijn hart springt op van vreugde in de HEERE' (v.1). Hij heeft haar ziel verzadigd:

'Mijn hart juicht om de HEER; (...) Hij brengt naar de onderwereld en Hij haalt er weer uit (...) Hij helpt de zwakke overeind uit het stof (...) een ereplaats wijst Hij hem toe' (vv.1,6,8, WV).

Heer, dank U voor de geweldige manier waarop U mij verhoort als ik tot U bid en mijn hart bij U uitstort. Dank U dat U mijn gebeden soms op zo'n opmerkelijke manier verhoort. Maar of ik nu krijg waar ik om vraag of niet, dank U dat U mij uw vrede belooft.
Pippa's bijdrage
Ik maak me altijd een beetje zorgen over Hanna en Samuel. Hanna moest haar zoon Samuel afstaan, en hij ging wonen bij een oude priester met zijn twee slechte zonen, niet bepaald een ideale omgeving om op te groeien.

Ik vraag me af hoe lang Hanna voor Samuel heeft kunnen zorgen voordat hij helemaal op zichzelf was aangewezen. Ik hoop maar dat het haar ten minste tien jaar is gelukt.

En hoewel zijn opvoeding niet ideaal geweest kan zijn voor Samuel (en hij zal niet veel hebben gevoetbald en weinig spelletjes hebben gedaan), groeide hij wel op met God. Hij leerde God kennen en leerde naar zijn stem te luisteren.

Het is een opluchting om te zien dat een kind goed terecht kan komen; ook als onze opvoeding verre van volmaakt is geweest.

Vers voor vandaag
Johannes 10:27

‘Mijn schapen horen Mijn stem en Ik ken ze en zij volgen Mij.'
 
Facebook
 
Twitter
 
Linkedin
 
Email
Copyright © 2024, Alpha Nederland, All rights reserved.
Afzender: Alpha Nederland - BiOY@alphanederland.org
Alpha Nederland, Hoofdstraat 51A, 3971 KB Driebergen-Rijsenburg, Nederland

Je ontvangt dagelijks deze mail met een vertaling van De Bijbel met Nicky en Pippa Gumbel 2022.
Gebruikte Bijbelcitaten zijn, tenzij anders vermeld, afkomstig uit de Herziene Statenvertaling 2010, Uitgeverij Jongbloed, Heerenveen.


Email Marketing door ActiveCampaign