Share
Je dagelijkse mail van De Bijbel met Nicky en Pippa Gumbel

Luister naar God

8 juli - dag 189

Luisteren is heel belangrijk in al onze relaties. Filosoof en theoloog Paul Tillich zegt hierover: “De eerste plicht in de liefde is luisteren.”

Sommige mensen zijn heel goed in luisteren. Generaal George Marshall zei: “Formule om met mensen om te gaan:

  • Luister naar het verhaal van de ander.
  • Luister naar het hele verhaal van de ander.
  • Luister eerst naar het hele verhaal van de ander.”

Luisteren naar God is een van de belangrijkste aspecten van je relatie met Hem. Luisteren betekent aandacht geven en opletten. Bidden betekent dat je God als eerste je volledige aandacht geeft.

 
Luister naar God als Hij tegen je praat via de Psalmen

We kennen allemaal de lichamelijke honger die alleen gestild kan worden met eten. Maar er is ook een geestelijke honger die alleen gestild kan worden door te luisteren naar God. God zegt: 'als u naar Mij luisterde!' (v.9b).

Het woord van God stilt je geestelijke honger. God belooft: 'Doe uw mond wijd open en Ik zal hem vullen' (v.11c). Als je naar Hem luistert, zegt hij: ‘Hij zou van de beste tarwe te eten gegeven hebben, ja, Ik zou u verzadigd hebben met honing uit de rots’ (v.17).

Aan de ene kant zegt Hij: '... luister goed naar mij!' (v.9b, BGT). God wil het beste voor je en Hij waarschuwt je voor de gevaren die je bedreigen als je niet naar Hem luistert. Hij vervolgt: 'Maar Mijn volk heeft naar Mijn stem niet geluisterd, Israël is tegenover Mij onwillig geweest. Daarom gaf Ik hen over aan hun verharde hart, zodat zij in hun eigen opvattingen voortgingen' (vv.12-13). Het gevolg van niet luisteren naar God is dat Hij ons uitlevert aan de gevolgen van onze daden (zie ook Romeinen 1:24,26).

Aan de andere kant belooft Hij dat Hij je zal helpen als je wel naar Hem luistert: 'Och, had Mijn volk naar Mij geluisterd, was Israël in Mijn wegen gegaan! In korte tijd zou Ik hun vijanden onderworpen hebben' (Psalm 81:14-15a).
Heer, dank U dat ik elke dag naar U mag luisteren en dat U mij verzadigt met 'de beste tarwe' (v.17). Help me om elke dag aandacht te geven aan wat U zegt en erop te vertrouwen dat U mij zult helpen.
Luister naar God als Hij tegen je praat via de apostelen

Paulus was een boodschapper van God. God sprak via hem. De mensen die naar Paulus luisterden, hadden de gelegenheid om naar God te luisteren.

Toen Paulus onderweg was naar Rome luisterde de officier niet naar Paulus. Hij vertrouwde meer op de stuurman en de kapitein (27:11). Omdat hij niet luisterde naar Paulus liep het bijna verkeerd af.

In het eerste deel zien we Paulus geketend voor Festus en Agrippa. Hij vertelt het goede nieuws over Jezus, over zijn dood en opstanding. Festus zei: 'U slaat wartaal uit, Paulus! Het vele studeren drijft u tot waanzin!' (26:24, NBV). Hij zegt: 'Je bent gek geworden...' (v.24, BGT). Sommige mensen dachten en denken nog steeds dat christenen 'een beetje gek' zijn.

Paulus antwoordt: 'Ik ben niet gek. Ik weet wat ik zeg, en het is de waarheid' (v.25, BGT). Hij zei niet: “Ja, het is ook best gek, maar ik geloof het.” Hij weigerde te accepteren dat zijn overtuigingen gek en irrationeel zouden zijn.

Paulus betoogde dat zijn geloof stoelt op gezond verstand. Er zijn goede redenen om te geloven dat Jezus Christus is opgestaan uit de dood. Ons geloof 'is waar en getuigt van gezond verstand' (v.25, NBV). We moeten niet bang zijn om logische en redelijke argumenten aan te dragen. Het evangelie moet op een verstandige en redelijke manier worden verteld.

Maar, verstand alleen is niet genoeg. Voordat ik christen werd, had ik geluisterd naar de argumenten en redenen voor het geloof. Niet al mijn vragen werden beantwoord. En toch waagde ik de stap om te geloven op basis van wat ik had gehoord over Jezus. Zodra ik deze stap had gezet, leek het wel alsof de schellen me van de ogen vielen en ik allerlei dingen begreep die ik eerder niet had begrepen.

We kunnen niet alles beredeneren met ons verstand. Als we mensen proberen te overtuigen om Jezus te volgen, zoals Paulus dat doet, is het belangrijk dat we duidelijk maken dat de boodschap van Jezus 'waar is en getuigt van gezond verstand'.

Agrippa antwoordt Paulus: ' 'U denkt toch niet dat u zomaar even een christen van mij kunt maken?' 'Ik zou God wel willen vragen', antwoordde Paulus, 'of niet alleen u, maar ook ieder die mij nu hoort, vroeg of laat zo zal worden als ik; zonder deze boeien natuurlijk' ' (vv.28-29, HB).

Het maakte Paulus niet uit of mensen christen werden in reactie op een crisis ('vroeg') of dat het een langdurig proces was ('laat'). Hij deed zijn uiterste best om hen te overtuigen om christen te worden, net als hij. Paulus schaamde zich niet om te bidden dat mensen zouden worden zoals hij (Galaten 4:12).

Paulus had niets misdaan waarvoor hij gevangenisstraf of de doodstraf verdiende (Handelingen 26:31), maar toch vond de civiele overheid een zwak excuus om hem vast te houden (v.32). Dit was onrechtvaardig en onredelijk en moet zo onnoemelijk frustrerend zijn geweest voor Paulus.

En toch luisteren we nu, 2.000 jaar later, naar de woorden die Paulus op dat moment sprak en hebben we via hem de mogelijkheid om naar God te luisteren.

Heer, laat ons worden als Paulus in zijn geloof en gedrevenheid. Als we het goede nieuws over Jezus vertellen, laat mensen dan het gevoel krijgen dat ze naar God luisteren door naar ons te luisteren.
Luister naar God als Hij tegen je praat via de profeten

God stond toe dat Israël gevangen werd genomen en in ballingschap werd weggevoerd omdat het volk weigerde naar Hem te luisteren.

De geschiedenis van deze periode van het boek 2 Koningen kan worden samengevat met de woorden 'zij luisterden niet': 'toen luisterden zij niet (...) Maar zijluisterden niet' (17:14a,40). Zoals we gisteren lazen, kregen de koningen en het volk van God te maken met allerlei problemen omdat ze niet naar God wilden luisteren.

God sprak tegen zijn volk via zijn dienaren de profeten. 'Telkens opnieuw vermaande de HEER Israël en Juda bij monde van de profeten en de zieners (...) Maar (...) de Israëlieten weigerden te luisteren' (vv.13-14, NBV).

Daarom werden ze in ballingschap weggevoerd: 'Deze ramp kwam over het volk Israël als gevolg van de afgodendienst die de Israëlieten beoefenden. Zij zondigden op die manier immers tegen de HERE, hun God' (vv.7-9,HB).

'Ze gingen de heidenvolken achterna die rondom hen woonden, terwijl de HEERE hun geboden had niet te doen als zij' (v.15). Omdat ze niet wilden luisteren, verloor het volk Israël Gods aanwezigheid en werden ze in ballingschap gevoerd naar Assyrië. Hij verstootte hen allemaal (...) Uiteindelijk verstootte de HEER Israël (vv.20,23).

Net als vaak met ons het geval is, waren ze niet grondig genoeg geweest met het uitbannen van de zonde uit hun leven: 'Ze vereerden dus wel de HEER, maar dienden ook hun eigen goden zoals ze in hun land van herkomst gewoon waren geweest (...) ze vereren de HEER niet en houden zich niet aan de voorschriften, regels, wetten en geboden' (vv.33,34). 'Maar de Israëlieten luisterden niet en gingen gewoon door met het dienen van afgoden' (v.40, HB).

Merk je soms dat je hart verdeeld is tussen het volgen van God en het volgen van je eigen verlangens? Behoed jezelf voor zelfgenoegzaamheid of nonchalance - laat de zonde niet binnensluipen. Laat de vijand je niet verleiden om God ongehoorzaam te zijn.

De waarheid is dat God ons altijd wil zegenen. Zijn voorschriften, regels, wetten en geboden geeft Hij zodat jij het goed zou hebben (zie Deuteronomium 6:1-3).

We zien dit in het lot van de verschillende koningen van Israël en Juda. De schrijver van 1 en 2 Koningen vertelt ons in een notendop of de afzonderlijke koningen deden wat goed was in de ogen van de Heer. Alle koningen van Israël doen volgens hem ‘wat slecht was in de ogen van de HEERE’ (2 Koningen 17:2) en daardoor gaat het koninkrijk ten onder (v.8).

De koningen van Juda worden echter voor de helft overwegend positief beschreven en de andere helft wordt overwegend negatief afgeschilderd. Onder de goede koningen ging het Juda goed en Juda's geschiedenis is veel langer en positiever dan die van Israël. De goede koningen regeerden over het algemeen langer dan de slechte koningen. De twaalf slechte koningen waren gezamenlijk 130 jaar aan de macht, terwijl de tien goede koningen in totaal 343 jaar regeerden. De goede koningen kregen ook te maken met moeilijkheden en uitdagingen, want het volgen van God is geen garantie voor een makkelijk leven. Toch is hun voorbeeld een krachtige herinnering aan de zegeningen en wijsheid die we ontvangen als we luisteren naar God en Hem volgen.

Heer, help me om aandachtig te luisteren naar wat U zegt. Verlos me van heimelijke zonden. Geef dat ik niet aarzel om om hulp te vragen en nooit toesta dat zonde mijn leven binnensluipt. Help me om niet net te doen als iedereen om me heen, maar naar uw stem te luisteren, U te volgen en me te koesteren in uw aanwezigheid.
Pippa's bijdrage

'Deze volken vreesden de HEERE én zij dienden hun afgodsbeelden.'

Soms dwalen mijn gedachten af tijdens een kerkdienst en kijk ik bijvoorbeeld naar iemands mooie nieuwe schoenen of ga ik zitten bedenken of we die avond vis of kip zullen eten! Mijn hart is bepaald niet onverdeeld.

Vers voor vandaag
Psalm 81:9-11

'Luister (…) Ik ben de HEERE, uw God'
 
Facebook
 
Twitter
 
Linkedin
 
Email
Copyright © 2024, Alpha Nederland, All rights reserved.
Afzender: Alpha Nederland - BiOY@alphanederland.org
Alpha Nederland, Hoofdstraat 51A, 3971 KB Driebergen-Rijsenburg, Nederland

Je ontvangt dagelijks deze mail met een vertaling van De Bijbel met Nicky en Pippa Gumbel 2022.
Gebruikte Bijbelcitaten zijn, tenzij anders vermeld, afkomstig uit de Herziene Statenvertaling 2010, Uitgeverij Jongbloed, Heerenveen.


Email Marketing door ActiveCampaign