Je dagelijkse mail van De Bijbel met Nicky en Pippa Gumbel
|
|
|
|
|
|
|
|
|
13 april - dag 103
Een meisje van zes maakte eens een tekening. De juf vroeg: “Wat ben je aan het tekenen?” Het meisje antwoordde: “Ik teken God.” De juf was verbaasd en zei: “Maar niemand weet toch hoe God eruitziet?” Het meisje tekende rustig door en zei: “Over een paar minuten wel.” Een van de voordelen van het lezen van de Bijbel in een jaar is dat we een goed beeld krijgen van de aard en het karakter van God en dat we beter gaan begrijpen wie en hoe Hij is.
|
|
|
|
|
Koning Jezus
De schrijver van de brief aan de Hebreeën beschouwt deze psalm als een profetische beschrijving van Jezus. Hij schrijft: 'Maar tegen de Zoon zegt Hij: 'Uw troon, o God, bestaat in alle eeuwigheid.' (Zie Hebreeën 1:8, een citaat van vers 7-8 van deze psalm).
Dit is een van de duidelijkste gevallen in het Nieuwe Testament waarin Jezus wordt aangesproken als 'God', als legitiem onderwerp van aanbidding. Jezus is de vervulling van de verwachte 'gezalfde Koning', die ook wel Messias werd genoemd. Jezus vervult deze profetieën.
Jezus heeft gezegd: 'Wie Mij gezien heeft, heeft de Vader gezien' (Johannes 14:9b). Met andere woorden, als je wilt weten hoe God eruitziet, moet je naar Jezus kijken. 'Genade is op Uw lippen uitgegoten’ (Psalm 45:3). In deze verzen zien we verwijzingen naar de hele
Drie-eenheid: God de Vader ('U (…) o God', Psalm 45:8), Jezus de Zoon ('Uw troon, O God', v.7a) en de Heilige Geest ('de vreugdeolie', v.8b; zie ook Jesaja 61:1,3).
|
|
|
Jezus, mijn Koning, 'treed op in uw glorie en begin de strijd voor waarheid, deemoed en recht. Laat uw hand geduchte daden verrichten' (Psalm 45:5, NBV).
|
|
|
|
Liefhebbende Vader
God houdt van jou, hartstochtelijk, met heel zijn hart en onvoorwaardelijk. Het geeft niet hoeveel fouten je hebt gemaakt, hoeveel dingen je ook hebt gedaan waar je spijt van hebt; het
is nooit te laat om naar God toe te gaan. Hij zal je aanvaarden en je omhelzen, zoals een liefhebbende vader zijn verloren kind omhelst. Jezus stootte de religieuze leiders voor het hoofd: 'En de Farizeeën en de schriftgeleerden morden onder elkaar en zeiden: Deze Man ontvangt zondaars en eet met hen' (v.2). Daarom vertelt Jezus het volgende verhaal. Hij vertelt drie gelijkenissen om te laten zien dat God enorm begaan is met mensen die verloren zijn geraakt. Als je ooit iets waardevols hebt verloren, er wanhopig naar hebt gezocht en het uiteindelijk terugvond, weet je vast nog wel hoe blij je toen was. Jezus zegt dat die vreugde in het niet valt bij de vreugde van de hemel. Het verhaal over het verloren schaap laat zien 'dat er evenzo blijdschap zal zijn in de hemel over één zondaar die zich bekeert, meer dan over negenennegentig rechtvaardigen, die de bekering niet nodig hebben.' (v.7). Het verhaal over de verloren penning laat zien dat de engelen van God feestvieren als een zondaar zich bekeert (v.10). De laatste gelijkenis is misschien wel het mooiste verhaal ooit. Jezus schetst nog een verbluffender beeld van God als liefhebbende vader. De jongste zoon vraagt om een voorschot op zijn erfenis terwijl zijn vader nog leeft en volkomen gezond is. In het Midden-Oosten betekent dit zoveel als 'Vader, wanneer ga je nou eindelijk eens dood!' Een traditionele vader in het Midden-Oosten zou de jongen uit zijn huis hebben weggestuurd. Het is een ongehoord verzoek en elke vader zou het verzoek weigeren. Maar de vader houdt zo buitengewoon veel van zijn zoon, dat hij breekt met de traditie en zijn zoon de vrijheid geeft om zijn deel van de nalatenschap te verkopen. De hele gemeenschap sprak hier waarschijnlijk schande van en het wierp een smet op de familie. De jongste zoon '[maakte] alles te gelde' (v.13). Hij ging op weg en wist niet hoe snel hij de stad uit moest komen. Ook tegenwoordig hebben veel
mensen, net als ik zelf, meegemaakt wat de jongste zoon tijdens zijn omzwervingen meemaakte. Hij vergooide zijn leven (hij ‘verkwistte daar zijn vermogen in een losbandig leven’, v.13). Hij ‘begon (…) gebrek te lijden’ (v.14). Hij werd als een slaaf (hij verhuurde zich om de varkens te weiden, v.15). Hij voelde zich leeg vanbinnen ('En hij verlangde ernaar zijn buik te vullen met de schillen, die de varkens aten', v.16). Hij voelde zich alleen op de wereld ('maar niemand gaf hem die', v.16). Naar God gaan is niet iets irrationeels. Het is juist precies het tegenovergestelde, 'nadat hij tot zichzelf gekomen was' (v.17). De zoon besefte dat hij hulp nodig had. Hij besloot om zijn trots opzij te zetten en terug te gaan naar zijn vader (v.18). Hij wist dat hij naar huis moest gaan. Hij was bereid om zijn zonde te bekennen. Hij was van plan om tegen zijn vader te zeggen: 'Vader, ik heb gezondigd (…) En ik ben het niet meer waard uw zoon genoemd te worden. Maak mij als één van uw dagloners.'
(vv.18–19). We moeten vertrouwen hebben en de sprong wagen: 'Hij stond op en ging naar zijn vader' (v.20). Hij wist niet wat er zou gebeuren. In Jezus' tijd kon een Joodse jongen die zijn erfenis aan heidenen verspeelde gestraft worden en verstoten worden uit zijn dorp. Gods liefde is heel bijzonder en gaat veel verder dan je ooit zou kunnen verwachten of je zelfs maar zou kunnen voorstellen. We krijgen niet ons verdiende loon; we krijgen vergeving en liefde. De vader zag de jongen al van verre aankomen. Het lijkt wel alsof de vader op de uitkijk stond en alsof zijn zoon nooit uit zijn gedachten was geweest. Hij 'was met innerlijke ontferming bewogen en hij snelde hem tegemoet, viel hem om de hals en kuste hem' (v.20b). Het Griekse woord betekent dat hij hem steeds maar bleef kussen. Zo
onthaalt God jou. Als je wilt zeggen wat je hebt voorbereid, onderbreekt de vader je. Hij behandelt jou als een geëerde gast en geeft je de mooiste kleren (v.22). Hij laat zien dat hij je vertrouwt door je een ring aan je vinger te doen (v.22). Hij geeft je sandalen die alleen worden gedragen door zonen, niet door slaven (v.22). Hij laat een groot feest organiseren
(vv.23–24). Hier krijgen we een indruk van hoe en wie God is en hoeveel Hij van ons houdt. Ook hier zien we het beeld dat het koninkrijk van God lijkt op een feest. Dat is het tegenovergestelde van wat veel mensen denken. Zij denken niet aan muziek, dans, lekker eten en feestvieren als ze aan God denken. Gods liefde is ook voor de oudere zoon die kwaad wordt en niet naar binnen wil (v.28) en die het niet kan accepteren dat zijn vader zijn broer vergeeft en met open armen ontvangt. Je ziet het voor je dat de vader zijn arm om zijn schouders slaat en zegt: “Jongen, je begrijpt het niet. Jij bent altijd bij mij en alles wat ik heb is van jou. Maar dit is geweldig en vraagt om een feest. Je broer was dood en hij leeft weer! We waren hem kwijt, maar hebben hem teruggevonden!” (vv.31-32, uit een Engelse vertaling) Het verhaal (dat Jezus vertelt aan de religieuze leiders) eindigt met een cliffhanger: Hoe zal de oudste zoon reageren op de liefde van zijn vader?
|
|
|
Vader, dank U dat U zoveel van mij houdt, dat U me niet afwijst als ik er een puinhoop van maak. Als ik spijt heb en terugkom bij U, ontvangt U mij met open armen en zegt U: 'Laten we eten en vrolijk zijn' (v.23).
|
|
|
|
Heilige Rechter Het is heel belangrijk dat we het Oude Testament lezen met Jezus in ons achterhoofd. We kunnen de wetten van het Oude Testament niet klakkeloos toepassen in onze huidige maatschappij. En ook kunnen we het begrip 'heilige oorlog' (20:1-20) niet opvatten als een 'kruistocht'. We lezen in de hele Bijbel dat God een heilige en rechtvaardige God is. Bepaalde voorschriften en regels van de wet van het oude Israël waren specifiek van toepassing voor die tijd. Andere zijn algemeen toepasbaar. Moord is natuurlijk erger dan doodslag (19:1-13). Er is solide bewijs nodig om iemand te veroordelen voor een misdaad (v.15). Meineed is een ernstige overtreding (vv.16-18). Vergelding moet terecht zijn en in verhouding (v.21 – dit werd nooit letterlijk genomen, behalve bij de doodstraf). Een bijkomend doel van het opleggen van een rechtvaardige vergelding is het afschrikkende effect (v.20). Maar niet alles in het oude Israël is voor ons van toepassing. In Jezus Christus is een nieuwe wet gevestigd. De toorn van God die werd afgeroepen over de dader in de gemeenschap is eens en voor altijd terechtgekomen op de rechtvaardige vertegenwoordiger, de Mensenzoon. We kunnen Israël niet zien als voorbeeld bij ons onderzoek naar het bestraffen van criminaliteit. Professor Oliver O'Donovan heeft geschreven: '... niet omdat het onliberaal is, maar omdat het onchristelijk is. Israël als unieke woonplaats op aarde van God is vervangen door Christus.' Als Jezus dit gedeelte citeert zegt Hij: 'U hebt gehoord dat er gezegd is: Oog voor oog en tand voor tand.
[Deuteronomium 19:21] Ik zeg u echter dat u geen weerstand moet bieden aan de boze; maar wie u op de rechterwang slaat, keer hem ook de andere toe' (Mattheüs 5:38-39).
|
|
|
Heer, dank U dat U de God van liefde, gerechtigheid en waarheid bent. Dank U dat U zich aan mij laat zien als ik uw woord lees en erover nadenk en tijd met U doorbreng.
|
|
|
|
Jezus vertelde drie verhalen, over een schaap en een munt die kwijt waren, en een zoon die verloren was. En daarna volgde de overweldigende vreugde toen ze weer gevonden werden. We zijn elke dag wel iets kwijt, meestal sleutels, telefoons en
brillen. Ik vond de ring van mijn oma terug waarvan ik dacht dat ik hem kwijt was, en ik voelde me net als de vrouwen in de gelijkenis: dolgelukkig. Ik weet ook dat ik eens verloren was, en nu gevonden ben.
|
|
|
Vers voor vandaag Lukas 15:20
'En toen hij nog ver van hem verwijderd was, zag zijn vader hem en deze was met innerlijke ontferming bewogen en hij snelde hem tegemoet, viel hem om de hals en kuste hem.'
|
|
|
|
|
Copyright © 2024, Alpha Nederland, All rights reserved.
|
|
|
|
Afzender: Alpha Nederland - BiOY@alphanederland.org Alpha Nederland, Regulierenring 16, 3981 LB Bunnik, Nederland
Je ontvangt dagelijks deze mail met een vertaling van De Bijbel met Nicky en Pippa Gumbel 2022. Gebruikte Bijbelcitaten zijn, tenzij anders
vermeld, afkomstig uit de Herziene Statenvertaling 2010, Uitgeverij Jongbloed, Heerenveen.
|
|
|
|
|